zaterdag, oktober 11, 2008

Open Ateliers Oosterhout -4-

Terwijl wij binnen rondkeken naar wat menselijke kunstenaars zoal geschapen hadden ging de natuur buiten verder met het scheppen van haar eigen kleurrijke beelden.

Tijd dus om daar ook weer even naar te kijken, wat we deden door op zondag weer een wandeling van vier a vijf kilometer te maken in het waterwingebied bij Dorst.

Terwijl we zaterdag de omgeving van de vennetjes opzochten, waar het afgelopen jaar op veel plaatsen een ware kaalslag heeft plaatsgevonden, gingen we nu de andere kant op. Daar ligt voorbij de "stallen" van de Schotse hooglanders een tamelijk smalle maar lange strook gras gemengd met - vaak grotendeels door het gras overwoekerde - heide.

Die kaalslag ziet er trouwens als je weet hoe het er eerst uitzag niet uit. Het heeft op sommige plaatsen meer weg van een parklandschap met veel gras en af en toe een plukje bomen dan van een natuurgebied. Toch heeft men wel degelijk rekening gehouden met de natuur en b.v. regelmatig een dode boom laten staan ten behoeve van de spechten. Ik weet niet wat uiteindelijk de bedoeling is: meer heide/grasgebieden of de boel open maken zodat nieuwe boom- en ondergroei de kans krijgt houd ik beiden voor mogelijk, maar het zal wel een aantal jaren duren voor het er allemaal weer natuurlijk uit ziet.

Ook tijdens deze wandeling kwamen we verschillende kaal gekapte stukken tegen, maar gelukkig waren hier ook wat grotere stukken bos overeind gebleven. Bos dat zich al aardig in herfstkleuren begon te tooien.

Terwijl een enkele boterbloem nog wanhopig probeerde de schijn op te houden en de hei op enkele plaatsen nog volop in bloei stond demonstreerde de rest van de natuur dat het toch al lang geen zomer meer was. Het uitzicht over de vlakte liet zien dat het ondanks het zonnige weer behoorlijk vochtig was zodat de horizon wat in nevelen gehuld bleef. Ook spinnenwebben tussen het gras en de hei gaven de luchtvochtigheid duidelijk zichtbaar weer.

Distels waren inmiddels veranderd in pluizenbollen en het jakobskruiskruid zag er inmiddels wat armetierig uit met slechts her en der nog een bloemetje. Toch was dat genoeg om op een gegeven momen drie kleine vuurvlinders daar naar toe te lokken. Helaas te beweeglijk om ze op de foto te krijgen, maar toch het grootste aantal van deze soort dat ik dit jaar ooit bij elkaar heb gezien. Een bont zandoogje gebruikte nog wat bladeren van braamstruiken als zonnedek maar was me ook te vlug af.

Jullie zullen het dus met de foto's van de paddenstoelen moeten doen. Waaronder een bovist die volgens mij niet de aardappelbovist is die in het bos en de omgeving van de vennetjes alom vertegenwoordigd was maar deze keer de ruitjesbovist. (zoals ik bij het vorige wandelverslag al zei: paddenstoelen zijn niet mijn sterkste kant dus neem me niet kwalijk als het niet klopt).

Het eerste wat opviel toen we op de gras/heidevlakte aankwamen was een grote witte paddestoel die een meter of dertig verderop prominent boven alles uit stak. Ruim twintig centimeter hoog en met een hoed met een doorsnee van ook een centimeter of twintig was hij ook moeilijk te missen. Verderop kwamen we nog een aantal exemplaren tegen, maar geen zo fraai als dit eerste exemplaar. Her en der kwamen we paddestoelen tegen, waaronder ook een stel berkenzwammen op een afgebroken stomp van een dode berkenboom. In eerste instantie maakte ik daar een foto van als vergelijking naast het beeldje van zo'n zwam van Riet Simons, toen ik echter het resultaat zag met de twee zwammen op gelijke hoogte aan weerszijden van het stammetje kwam onweerstaanbaar de gedachte aan een bekende 27MC kreet bij me op zodat dit plaatje nu door het leven mag onder de titel "Got your ears on?"

Veel meer weet ik eigenlijk niet te vertellen over deze wandeling (dat het weer schitterend weer was met een aangename temperatuur blijkt denk ik wel uit de foto's) en ik schat dat ik inmiddels wel voldoende tekst heb om de foto's er een beetje overzichtelijk tussen te kunnen plakken.

Geen opmerkingen: