zondag, maart 20, 2005

Nee hier word je beter van -4-

(Over ziek zijn en al wat daar, eventueel vaag, mee samenhangt)

Instanties en logica

Nu kan ik me er natuurlijk makkelijk vanaf maken en gelijk maar concluderen dat dit een onwaarschijnlijke combinatie is in Nederland.
Het wordt dan echter wel een heel kort stukje dus ik zal proberen het toch maar met wat praktijkvoorbeelden te illustreren.

Als boekhouder had ik al langer ervaring met de doordachte werkwijze van diverse instanties (er mag gelachen worden) maar ik zal het bij mijn persoonlijke ervaringen houden.

Vervolg:
Mijn klachten werden zo ernstig dat ik steeds na een paar weken weer voor kortere of langere tijd uitviel. De tijd was gekomen om het idee van een verzekeringsgeneeskundige van het GAK om minder uren te gaan werken eens serieus in overweging te nemen (achteraf gezien precies op tijd, een maand later en ik had waarschijnlijk onder de nieuwe WAO gevallen compleet met WAO gat en overige emolumenten).
Toen ik dit bij de arts ter sprake bracht bleek deze al een stuk verder te zijn: hij wilde me, gezien het progressieve karakter van mijn ziekte, gelijk helemaal af keuren en dan maar zien hoeveel ik nog kon werken.

Na overleg met het bedrijf -4 man sterk: de chef personeelszaken en ikzelf (met 3 petten op: mijn eigen, die van chef van de afdeling waar ik werkte (ze wilden even weten of de afdelingschef geen bezwaren had!) en die van loonadministrateur) werd besloten dat dit je beste oplossing was.
Het aantal gewerkte uren moest dan maandelijks door het bedrijf aan het GAK gemeld worden zodat dit gekort kon worden op de uitkering. Men verzocht mij vervolgens de gewerkte uren tbv eventuele controle ook zelf bij te houden.
Op zich is dat natuurlijk heel logisch, alleen: was ik als boekhouder/loonadministrateur niet ook al degene die de gegevens aan hen moest verstrekken?

Later werd het tijd een invalidenparkeerkaart aan te vragen. Hiervoor moet je gekeurd worden. Om mensen te keuren die gezien het aanvragen van een invalidenparkeerkaart niet in staat zijn om een afstand van enige betekenis lopend af te leggen ga je als keuringsinstantie uiteraard in een ruimte op de vierde verdieping zitten. Dat er geen werkende lift beschikbaar is, ach een kleinigheidje houdt je toch altijd?
De keuringsarts wierp één blik op mijn enigszins blauw aangelopen hoofd, luisterde even hoe ik niets uit kon brengen en keurde mij goed (voor de parkeerkaart, maar dat begrepen jullie vast wel)

Na ontvangst van de kaart liep ik tegen het volgende geval van gemeentelijke logica aan: in de gemeente waar ik woon moest je ook met zo’n kaart wel, waar aanwezig, de parkeermeter vullen. In hun wijsheid hadden de vroede vaderen daarom besloten dat het wel handig was om de invalidenplaatsen naast de parkeermeters te situeren. Dat die midden op de parkeerterreinen stonden en dat de winkels daardoor buiten mijn loopbereik lagen was een kleinigheidje waar men even niet bij stil had gestaan..
Ik reed dus meestal maar langs de meter om een kaartje te kopen en ging vervolgens staan wachten tot er een plaatsje op voor mij beloopbare afstand van de winkels vrij kwam Dat kwam me dus een paar keer op commentaar van oom agent te staan die mijn probleem met de situering van de invalidenplaatsen niet helemaal snapte.

Later besloot men dat je met zo’n kaart de gemeentelijke collectebus niet hoefde te vullen als je op de invalidenplaats stond. Nu alleen nog even wachten tot ze door hebben dat die plaatsen nog steeds naast de meters liggen. Als je niet op de invalidenplaats staat word je overigens nog steeds verondersteld te betalen en dus even naar de meter heen en weer te lopen.

Ik kan nog wel meer voorbeelden aanhalen (en dat doe ik in volgende columns misschien ook wel) maar het lijkt me zo wel duidelijk: instanties en logica: dat is in Nederland een onwaarschijnlijke combinatie.

Waarmee we weer terug zijn bij het begin, wat me een goede reden lijkt er een eind aan te maken.

Naar aflevering -5-

Geen opmerkingen: