Terwijl de organisatie van de Tour de France bang lijkt te zijn dat er te weinig rijders uitvallen en daarom maar begonnen is zelf wat mensen de hekken in te rijden vermaak ik me met een ander hek. Het hek dat mijn tuin achterin afsluit van het daarachter gelegen terrein met garageboxen.
Omdat ik dol ben op bramen en daar graag jam van maak staat daar een flinke braamstruik tegenaan. Niet zo'n gekweekt exemplaar zonder doorns zoals ik achter het terras heb staan maar een echte. Die heeft zich daar ooit spontaan uitgezaaid en nadat ik een keer onuitgenodigd bezoek heb gehad in de schuur (waar niets te halen valt maar wel een hoop overhoop gehaald kan worden) vind ik dat prima: het is wat lastiger bramen plukken, maar ook een stuk lastiger om over dat hek te klimmen en in mijn tuin te komen.
Ondertussen blijkt het ook een struik te zijn waar bont zandoogjes dol op zijn: waar de citroenvlinders momenteel de voorkeur geven aan de lathyrus, de verschillende soorten witjes zich vooral rond de lavendel (en de koolrabi) ophouden en andere vlinders vooral rondvliegen om te ontdekken dat het nog een paar dagen gaat duren eer de vlinderstruik volop in bloei staat, zitten er iedere dag wel één of meer zandoogjes op de bloemen en bladeren van die braam. Het blijft trouwen, hoewel het al een stuk beter is dan twee weken geleden toen we midden in de dit jaar vroeg vallende dip in de vlinderaantallen zaten, nog steeds vrij rustig met vlinders in de tuin. Hopelijk worden de aantallen wat spectaculairder als die vlinderstruiken - waarvan nu in één bloemtros de eerste bloemetjes open zijn - eenmaal in volle bloei staan.
Ook de daglelie staat al enige tijd volop in bloei en trekt veel bijen, hommels en zweefvliegen. De dahlia's (restant uit de tuin van mijn moeder: ze stonden omdat ze in de winter overleed in een doos turfmolm in de kelder) staan inmiddels in bloei en de hosta's doen het dit jaar beter dan ooit. Iets waar vooral de slakken dankbaar voor zijn: ondanks mijn pogingen het wat de beperken (met gebroken eierschalen rond de voet van de struiken en wat ingegraven blikjes waar regelmatig een scheut bier ingegooid wordt) is het aantal gaten in de bladeren niet te tellen.
Niets aan te doen: ik ben niet zo dol op het gebruik van gif in de tuin dus het moet wel heel erg uit de hand lopen wil ik daar mee beginnen. Wat in een vochtig verlopende zomer overigens wel eens is gebeurd: toen was het aantal slakken zo groot dat die blikjes met bier af en toe na één nacht al helemaal vol zaten en kon je dus echt wel spreken van heftig uit de hand lopen.
Ik ga maar weer een maaltje sperziebonen plukken en duimen voor Johnny Hoogerland dat die malloot achter het stuur van een wagen van de organisatie niet het einde van zijn tour betekend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten