woensdag, september 21, 2005

ZOT (2)

In de toelichting zitten overigens ook nog een paar onduidelijkheden. In het schema voor het bepalen wie de toeslagpartner is kom je het punt tegen waarin gesteld wordt dat de huisgenoot die mede-eigenaar is van de woning én (mede) aansprakelijk is voor een schuld waarbij de woning onderpand is toeslag partner is.

Hoe dit ligt als er sprake is van een mede-eigenaar terwijl er niet een dergelijke schuld is (en er dus ook geen sprake kan zijn van (mede)aansprakelijkheid) blijft in het ongewisse.

Verderop staat expliciet dat (klein)kinderen, (groot)ouders en minderjarige huisgenoten geen toeslagpartner kunnen zijn. Hoewel de situatie niet veel voor zal komen is het niet onmogelijk dat een kind (bijvoorbeeld ten gevolge van overlijden van vader of moeder en de verdeling van de nalatenschap, of doordat de woning gezamelijk gekocht is bijvoorbeeld om met de ouder op diens oude dag samen te gaan wonen) mede-eigenaar is.
Wat gaat in die situatie voor: het eerste punt dat men in de tabel tegenkomt en dat verklaart dat de mede-eigenaar toeslagpartner is, of de sluitpost van het schema (normaal gesproken bedoeld om aan te geven hoe het zit met iemand die aan geen van de eerdere punten voldoet) die aangeeft dat kinderen geen toeslagpartner kunnen zijn?

Deze situaties zullen misschien niet vaak voorkomen. Maar ik vind het toch slordig dat de toelichting op dit punt onduidelijk is, zeker gezien de financiële gevolgen die het al of niet toeslagpartner zijn kan hebben (zie vorige log)

Ook in het vragen formulier deze zelfde tegenstrijdigheid met het in het schema gestelde "(groot)ouders kunnen geen toeslagpartner zijn": vraag drie luidt namelijk : "heeft U op 1 januari 2006 een echtgenoot, of woont u op die datum bij een vriend, vriendin, zus, broer, (groot)ouder of andere huisgenoot die uw toeslagpartner is?"

BRODDELWERK als je het mij vraagt!

LET OP: Als de een wel en de ander geen inkomsten heeft komt het gunstiger uit toeslagpartners te zijn als het inkomen van de verdienende beneden de € 32.260 blijft. Hebben beiden een inkomen dan kan toeslagpartners zijn weer heel anders uitpakken, zelfs duidelijk ongunstig!

Geen opmerkingen: