woensdag, december 20, 2006

Eigenaardigheden.

Ellen/Bubbels was zo vriendelijk en stokje mijn kant op te gooien. Normaal had ik het gewoon net zo hard weer teruggegooid, ik doe niet aan stokjes, maar vandaag komt het me wel goed uit even niet op zoek te hoeven op allerlei nieuwssites om iets te zoeken waar ik jullie over mee wil laten lachen of waar ik even stevig tegenaan kan schoppen. Weest niet bevreesd: niemand hoeft bang te zijn dat hij of zij het stokje nu weer van mij doorgegeven krijgt. Daar doe ik namelijk nog steeds niet aan.

De bedoeling van het stokje is zes eigenaardigheden van jezelf op te schrijven. Nu gaf ik bij Ellen al aan dat ik geen zes eigenaardigheden heb maar een eigenaardigheid ben. Maar desondanks toch een poging.

Als eerste maar waarom ik beweer een eigenaardigheid te zijn: ik heb (inmiddels bijna negen jaar geleden) een longtransplantatie gehad. Zulke mensen lopen er niet al teveel rond: in Nederland nog geen 2 per 100.000. Bovendien houdt ik het al langer vol dan het gemiddelde voor overleving na longtransplantatie. Nu stijgt dat gemiddelde nog steeds, maar zolang ik gewoon rustig doorga met ademhalen haalt het mij niet meer in.

Een ander punt is dat ik vaak met dieren beter overweg kan dan met mensen. Eigenlijk ben ik altijd dat onzekere jongetje gebleven dat zich steeds afvraagt of wat hij doet wel goed is, wat anderen er van denken, of zijn bedoeling wel goed overkomt (vandaar mijn neiging om af en toe wat erg ver uit te weiden bij het uitleggen van mijn standpunt) en ook nog onzeker of hij de emoties die hij bij anderen bemerkt wel goed ïnterpreteerd en niet geweldig blundert als hij daar op ingaat.

Dan ben ik ook nog erg goed van vertrouwen (volgens verschillende vrienden té goed). Ondanks dat ik daar verschillende keren in teleurgestled ben blijf ik altijd geloven in het goede in mensen. Dat kan ook wel mee een reden zijn waarom ik beter met dieren overweg kan: die stellen je zelden teleur, doen zich niet anders voor dan ze zijn. Misschien is dat beter met dieren overweg kunnen dus helemaal geen eigenaardigheid maar gewoon een kwestie van gezond verstand.

Als vierde dan maar dat ik ondanks dat ik al 13 jaar geen motor meer rijdt (eerst vanwege de ziekte en na de transplantatie door oogklachten die ik door de medicatie kreeg) mezelf als motorrijder blijf zien. Hoewel de kans dat het ooit nog zo goed komt met mijn ogen dat ik weer kan rijden vrijwel niet bestaand is blijf ik er diep in mijn hart van uit gaan dat ik ooit weer op de motor zal zitten en bedenk ik regelmatig waar ik dan allemaal heen zou willen. Weer eens naar Ierland. Naar de vrienden in Zweden, Zwitserland, Duitsland, Denemarken, België. Gewoon weer wat rondzwerven door Europa over zo klein mogelijke weggetjes. Ach het is een leuke droom, maar na zoveel jaar wat onrealistisch en dus zal het wel eigenaardig zijn.

Dan heb ik ook nog een cijfertjes tik. Die had ik al heel jong wat er toe leidde dat ik niet in een beroep terecht kwam wat ik zelf altijd voor ogen had gehad: iets met dieren of natuur, maar boekhouder werd omdat het schoolkeuze onderzoek dat nu eenmaal aangaf en ik toen nog niet het lef had tegen mijn ouders in te gaan. Nu had ik natuurlijk later altijd nog voor iets anders kunnen kiezen, maar toen ik in militaire dienst zat kwam ik ook op de administratie terecht en eigenlijk beviel dat stoeien met cijfertjes ook wel. Na mijn diensttijd moest ik toch eerst zien om werk te vinden om voor brood op de plank te zorgen en kwam ik dus bij een middelgroot bedrijf terecht als assistent (en later hoofd-) boekhouder. En bleek ik de cijfermatige puzzeltjes als er eens iets mis ging zo leuk te vinden dat ik het af en toe jammer vond dat ik zo nauwgezet werkte. Gelukkig had ik een aantal mensen onder me die me graag terwille waren op dit punt en met enige regelmaat iets in de soep lieten lopen en een directeur boven me die weinig van boekhouden wist en dus geregeld vragen stelde. Soms vroeg hij iets wat in een paar tellen uit de administratie te halen was (en gaf me daar dan een week de tijd voor met het idee dat het vast een moeilijke vraag was) en soms vroeg hij de meest onmogelijke zaken waar wel een paar dagen puzzelen voor nodig was om het duidelijk op papier te krijgen met het verzoek of hij dat over een uurtje kon krijgen. We konden prima met elkaar opschieten, maar af en toe ook prima op elkaar schieten.

Tja en nu nog een zesde eigenaardigheid. Zal ik het op mijn betrokkenheid bij natuur, milieu en mensen die in mindere omstandigheden verkeren of onheus bejegend worden houden? Het fanatisme waarmee ik afval scheidt (ik trek zelfs het etiket van een plastic verpakking - die ik trouwens zo veel mogelijk mijdt - om het bij het oud papier te doen), Ik ben in staat het op te nemen voor iemand die een standpunt verkondigt waar ik het totaal niet mee eens ben omdat iemand anders hem daarop op een onheuse manier of met foute argumenten aanvalt. Ik kan prima tegen alleen zijn en kan me kostelijk vermaken met een wandeling van uren in een verder totaal verlaten gebied, of met het langdurig op een bankje - of gewoon op de grond - zitten en gewoon alleen maar kijken naar het uitzicht, het luisteren naar de natuur.

Als ik verschillende van die punten zo teruglees lijk ik me iemand die in de middeleeuwen waarschijnlijk kluizenaar was geworden. Alleen ben ik ook weer niet zo mensenschuw dat ik het contact helemaal wil vermijden: een dag, een week desnoods een maand zonder mensen om me heen prima, op een (tot het moment dat ik er aan kom) onbewoond eiland zou ik waarschijnlijk ook niet gillend gek worden van het alleen zijn. Maar gezelschap, even bijkletsen, eens een arm op of om de schouder kan ik ook wel weer heel erg waarderen.

Dus misschien toch maar goed dat ik niet in de middeleeuwen leef.

Geen opmerkingen: