zaterdag, december 09, 2006

WMO: Wonderbaarlijk Maar Ongeloofwaardig.

In de aanloop naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) die 1 januari ingaat komt de gemeente hier in haar eigen huis-aan-huisblad met een serie prachtige verhalen van waar de WMO allemaal voor gezorgt heeft.

Gezorgt heeft? De regeling gaat toch pas in 2007 in? Klopt, er staat dan ook in kleine lettertjes onder de stukjes "naam en situatie zijn verzonnen". Maar wat een mooie verzinsels. Je zou bijna in een ideale maatschappij gaan geloven.

Zo heeft een 12 jarige jongen die zich verveelde en maar thuis op de bank en achter de pc hing op aanraden van zijn moeder een brief aan de gemeente geschreven waarin hij aangeeft dat de speeltuintjes in de burt vooral geschikt zijn voor kleine kinderen en dat hij liever een tafeltennistafel zou willen. Op school blijken meer kinderen dat ook te willen en de jongen laat de brief door zijn klasgenootjes mede-ondertekenen. En ziet: het wonder geschiedt. Het idee past prima in het gedachtegoed van de WMO en gelukkig is er nog geld beschikbaar. De gemeente besluit zelfs niet één maar zelfs twee tafeltennistafels te plaatsen. De jongen speelt inmiddels na schooltijd geregeld een partijtje tafeltennis met zijn vriendjes, organiseert een buurttoernooi en is lid geworden van een tafeltennisvereniging en gaat binnenkort zijn eerste competitiewedstrijd spelen. Mooi hè. Maar bestond die tafeltennisvereniging niet al lang? En wat nu als zijn vriendjes niet zo eensgezind waren geweest en de een liever een trapveldje, een ander een basketbal veldje en een derde een tennisbaantje had gehad? En wat als het potje leeg was geweest? Was dan zijn idee, gezien het expliciet noemen van het feit dat er nog geld was, misschien net zo makkelijk weggewoven?

In een ander verhaal is een 76-jarige vrouw sinds twee jaar weduwe, ze heeft geen kinderen, en haar hond is recent gestorven terwijl haar oude buurvrouw net is verhuisd. Ze komt zonder de hond de deur bijna niet meer uit, is lusteloos, loopt moeilijk, haar eetlust is vermindert en ze heeft moeite met opstaan. Als ze naar de huisarts gaat om te vragen of opname in een verzorgingstehuis niet beter zou zijn treft ze een supermeedenkende huisarts. Die constateert dat er lichamelijk niet zo veel aan de hand is maar merkt tijdens het gesprek dat mevrouw zich eenzaam voelt en weinig contact legt met haar omgeving. Als er niets gebeurt voorziet hij dat ze zich steeds slechter zal gaan voelen en uiteindelijk, in zijn ogen onnodig, in een verzorgingstehuis zal belanden. In overleg met haar schakelt hij het WMO-loket in. En weer geschiedt het wonder: het loket kan een vrijwilligster regelen die mevrouw gaat vereren met bezoekjes. Uiteraard klikt het en binnen de kortste keren wordt besloten eens gezamelijk te gaan koken. En bevriend paar van de vrijwilligster is zo van het idee gecharmeerd dat die besluiten ook mee te komen en het wordt een gezellige boel. Dat resulteert in tegenbezoekjes en de groep is inmiddels uitgegroeid tot 8 personen die regelmatig samen koken en eten. Als de vrijwilligster besluit mee te doen aan een cursus kerststukjes maken in het wijkcentrum sleept ze mevrouw ook mee en omdat mevrouw een nieuwe hond op haar leeftijd niet zo ziet zitten regelt de vrijwilligster dat ze honden-oppas wordt voor een hondje in de buurt. Mevrouw geniet van de nieuwe contacten en fleurt snel op. Ze wil nog lang niet naar een verzorgingstehuis.

Het klinkt allemaal fantastisch. Maar hoeveel van die mevrouwen (of meneren) zouden er zijn? En hoeveel mensen die naast hun drukke bezigheden, twee banen, eigen kinderen en hun eigen contacten niet alleen bereid zijn een dergelijke taak op zich te nemen maar ook de tijd vrij kunnen maken en dat ook nog langdurig vol houden? En wat als het nu eens niet klikt tussen vrijwilligster en mevrouw; is er dan een voorraad vrijwilligster waaruit net zo lang geput kan worden tot er wel een klik is?

Ik zou graag in deze sprookjes geloven, maar gezien mijn ervaringen met de Wvg heb ik het idee dat het niet meer dan dat zijn: sprookjes. Ik wacht wel op de verhalen over hoe het in de praktijk loopt alvorens te gaan juichen over deze verandering.

Geen opmerkingen: