Voorzichtig kwam hij dichterbij. Het was een merkwaardige situatie: de lucht hing vol met een heerlijke geur, maar tegelijkertijd met de geur van gevaar. Hij deed een stap naar voren. Er gebeurde niets. Nog een stapje. Nog steeds niets. Plotseling schoot hij naar voren, greep het stuk vlees in zijn bek en schoot weer achteruit naar de struiken. Een luide klap weerklonk en iets versperde hem de weg.
Hij had ze aan horen komen. Mensen. In paniek had hij een uitweg gezocht, was wild tegen wat hem tegenhield gesprongen. Het had geen zin. Nu stonden ze naar hem te wijzen en druk te praten. Hij trok zich zo ver mogelijk terug in een hoek en keek hen vol wantrouwen aan. Grauwde zo luid als hij kon. Blies en haalde uit met een voorpoot om ze te laten weten dat hij zich niet zonder strijd gewonnen zou geven. Het werkte, de mensen trokken zich terug. Toch bleven ze in de buurt. Zouden ze nu echt denken dat hij hen niet hoorde? Niet rook?
Ze hoorden het al van ver. Ze hadden geluk, ze hadden iets gevangen. Hopelijk was het nu een mannetje, dan konden ze hier weg. Ze waren al veel te lang in dit gebied actief. Als het contract niet zo duidelijk was geweest waren ze allang ergens anders heen getrokken. In de andere gebieden was de kans op een mannetje echter heel erg klein: was soms niet eens zeker of er wel een mannetje aanwezig was, terwijl er hier nog drie rond liepen. De prijs was dat beetje extra risico wel waard, dus waren ze gebleven.
Ze keken vol bewondering naar het jonge mannetje dat in hun val gelopen was. Voor een vrouwtje zou ook veel geld zijn betaald. Voor ieder van hen wel meer dan ze anders in een jaar konden verdienen. Alleen maar omdat er mensen waren die dachten dat er heilzame kracht zat in ieder deel van het dier. Deze keer hadden ze echter iemand getroffen die op zoek was naar een levend exemplaar. Voor een jong en gezond mannetje zou hij ruim twee keer zo veel betalen als ze gewend waren. Het smokkelen van een levend dier zou extra risico opleveren, maar tegen zulke bedragen kon je toch geen nee zeggen?
Tussen de struiken klonk gekraak. Er klonk geschreeuw, het geluid van geweren die werden aangelegd. Een stem schreeuwde in het Engels, een andere herhaalde alles in hun taal: “Geef je over! Leg je wapens neer! Jullie kunnen geen kant meer op!” Ineens waren zij degenen die gevangen zaten. Die voor lange tijd zouden worden opgesloten. Onder de nieuwe wetten misschien wel heel erg lang. En dat voor het stropen van een paar tijgers. Waarom deed iedereen tegenwoordig zo moeilijk over een paar beesten?
VvV (Vijf van Vrijdag) is een schrijfopdracht waarbij van vijf opgegeven woorden een verhaal van vijf alinea's van in totaal 450-500 woorden moet worden gemaakt. De opdracht, de spelregels en linkjes naar andere deelnemers vind je bij Aline
Geen opmerkingen:
Een reactie posten